fbpx
deMens.nu

Betekenis en zin van fabeldieren

Waarom eenhoorns (n)ooit zullen bestaan

Artikel verschenen in deMens.nu Magazine jg11 nr1. Lees hier meer artikels over ‘dieren’.

De mens heeft altijd (te) veel fantasie gehad. In de loop van de geschiedenis zijn er eenhoorns, draken en weerwolven uit onze hersenspinsels ontstaan. Ze duiken op in boeken, series, films en games. Maar zullen we die fabeldieren ooit écht tot leven kunnen toveren?

Bert Goossens

Voordelen van een rijke fantasie

De evolutionaire psychologie heeft een plausibele verklaring voor de bestaansreden van onze fantasie. Vandaag hebben we eigenlijk nog steeds dezelfde hersenpan als onze voorouders die duizenden jaren geleden als jager-verzamelaars leefden. Veel van onze hersenactiviteiten zijn dan ook op maat van het ruwe leven op de savanne. In die tijd was het best oké om een gezonde dosis fantasie te hebben en bijvoorbeeld weg te lopen als je een verdachte schaduw zag. Beter één keer te veel vals alarm wanneer je meent een roofdier in het struikgewas te hebben gezien, dan één keer te weinig. Fantasie hebben was met andere woorden een voordeel in de strijd om het bestaan.

Historicus Yuval Noah Harari betoogt in zijn bestseller Sapiens eveneens dat de mens, in zijn geheel, veel voordeel uit een rijke fantasie haalde. Door een imaginaire wereld te creëren, bevolkt met allerhande fabeldieren, konden onze voorouders aan groepsbinding doen. Dat was noodzakelijk om samenwerking te versterken en zo tot sociale en technologische vooruitgang te komen. Fabeldieren werden ook opgevoerd om bepaalde natuurfenomenen te verklaren. Harari wijst op het belang van roddelen in het creëren van die mythische vertelsels. Sommige verhalen gingen rond als een lopend vuurtje, waarbij steeds meer elementen werden toegevoegd tot ze tot echte mythen uitgroeiden.

 

Opscheppen aan het kampvuur

Je kan het je zo voorstellen hoe twee mannelijke voorouders een beminnelijke dame trachten te imponeren. “Dus je bent tijdens de jacht een monster tegengekomen?” “Jazeker, en niet zomaar een monster, het had drie koppen!” “Oh, ik ben er ooit één tegengekomen met negen koppen! En vleugels!” “Maar dat van mij spuwde wel vuur!”

Veel fabeldieren nemen een hybride vorm aan: ze doen ons nadenken over wat het betekent om mens te zijn © Shutterstock.com

Je hoeft eigenlijk niet ver te zoeken hoe de meest waanzinnige verhalen hun eigen leven gaan leiden. Al onze pedagogische doelstellingen ten spijt, onze sociale media staan vol met complottheorieën en broodjeaapverhalen. Hoe wonderlijk onze realiteit ook lijkt te zijn, we hebben als mens de drang om er vaak een schepje bovenop te doen, of er een loopje mee te nemen.

Veel fabeldieren nemen een hybride vorm aan: denk maar aan centauren, zeemeerminnen, sirenes, vampieren, weerwolven … Ze doen ons nadenken over wat het betekent om mens te zijn.

 

Pokémon GO!

In de zomer van 2016 was er iets vreemds aan de hand. Hier en daar zag je kinderen en volwassenen met hun smartphone door straten en weggetjes sluipen. Voor buitenstaanders was het moeilijk te vatten wat die mensen juist bezielde: met het blote oog was er helemaal niets bijzonders te zien.

Die speurders deden mee aan een nieuwe rage: het spelletje Pokémon GO. De game maakt gebruik van augmented reality en gps om animaties te projecteren op beelden van de camera van een smartphone. Spelers gaan dus met hun smartphone in de hand op zoek naar Pokémon in hun virtuele omgeving. Volgens sommige futurologen is dat nog maar het begin van de ‘toegevoegde realiteit’.

Pokémon GO is een game die gebruikmaakt van augmented reality en gps, waardoor de grens tussen de natuurlijke en de virtuele realiteit steeds meer vervaagt © Wachiwit / Shutterstock.com

We zien virtual reality steeds vaker opduiken in games, tentoonstellingen, opleidingen, operatiezalen … Misschien komt er een dag dat we de VR-bril niet meer afzetten omdat het lenzen zijn die we dagelijks dragen. Zo kan de grens tussen de ‘natuurlijke’ en de virtuele realiteit vervagen.

Morgen eens een fietstochtje langs de eenhoornweide maken? Of toch maar een bezoekje aan de hippogrieven in het Harry Potter-park brengen?

Het doet ons nadenken over wat ‘echt’ is. Je zou kunnen inbrengen dat zo’n eenhoornweide niet meer is dan een projectie. Hetzelfde kunnen we echter zeggen over wat er op onze beeldschermen plaatsvindt. Zitten we dan hele dagen te staren naar iets wat niet reëel is?

 

Dino’s van vlees en bloed

Mooi die fantasie en virtuele realiteit, maar zullen we ooit fabeldieren van vlees en bloed kunnen scheppen? Helemaal onmogelijk lijkt het niet.

Vandaag experimenteert men om uitgestorven dieren aan de hand van kloontechnieken opnieuw tot leven te brengen. Naast het niet te onderschatten kostenplaatje is er nog een andere belangrijke hindernis: men heeft nood aan DNA waarbij de houdbaarheidsdatum niet is overschreden. Om een soort echt te herintroduceren en te kweken, moet men bovendien zowel een mannetje als een vrouwtje klonen, om vanzelfsprekende redenen.

Wie van een Jurassic Park droomt, zal zijn hoop toch moeten temperen. Het oudste DNA dat wetenschappers tot nu toe hebben teruggevonden, is van een mammoet van zo’n 1,2 miljoen jaar oud, terwijl de laatste dinosauriër 66 miljoen jaar geleden is uitgestorven.

Een andere piste is om te werken met het DNA van de dichtste nog levende verwant van de tyrannosaurus rex: de kip. Dan probeert men de evolutionaire klok terug te draaien, waarbij bijvoorbeeld de bek weer een snuit met tanden wordt.

Om echte fabeldieren te gaan creëren, lijkt CRISPR, een methode waarmee DNA met ongekende precisie gemodificeerd kan worden, nieuwe mogelijkheden te bieden. Maar moeten we die piste ook gaan bewandelen? (lees verder onder de illustratie)

 

Door een imaginaire wereld te creëren, bevolkt met allerhande fabeldieren, konden onze voorouders aan groepsbinding doen, en dat was noodzakelijk om tot samenwerking en vooruitgang te komen © Shutterstock.com

 

Ethische vragen

Mengen we ons niet al te vaak in de natuur met soms ernstige verschijnselen tot gevolg? Denk maar aan het ontstaan van het covid-19-virus dat vermoedelijk afkomstig is van een dierlijke bron zoals een vleermuis.

Naast het mogelijke gevaar bij dergelijke vraag is er nog een andere vraag: moeten we onze wetenschappelijke tijd en energie investeren in het proberen te creëren van fabeldieren, louter om mensen te entertainen?

Entertainment hoeft geen vies woord zijn, het maakt een belangrijk onderdeel van onze dagelijkse zingeving uit. Maar de ethische vragen zijn wel op hun plaats. En er zijn er veel die je kan bedenken. Stel dat het bijvoorbeeld ooit mogelijk is: heeft iemand het recht om een zeemeermin te worden?

We hoeven het ons ook niet zo moeilijk te maken: virtual reality biedt een technologisch makkelijkere weg naar het creëren en beleven van fabeldieren. Met een pak vol sensoren en VR-bril kan er vandaag al heel wat.