Sporten als brug tussen mensen
Een ontmoeting met City Pirates
Artikel verschenen in deMens.nu Magazine jg13 nr3. Lees hier meer artikels over ‘sport’.
Evelien Vandenbussche
Lichaamsbeweging is essentieel voor onze fysieke gezondheid en daarnaast heeft sporten ook een positieve impact op ons mentale welzijn en onze sociale gezondheid. Dat laatste is het vermogen om sociale banden te creëren en te onderhouden, met vrienden, familie, partners en collega’s. Sociale gezondheid is niet alleen belangrijk in ons dagelijkse leven, maar ook voor onze levensduur. Bij City Pirates gaan het fysieke, het mentale en het sociale alvast hand in hand.
Een bron van verbinding
Lichaamsbeweging stimuleert de productie van feelgoodhormonen of endorfines in de hersenen. Als we die endorfines in aanwezigheid van anderen ervaren, bijvoorbeeld wanneer we samen sporten, dan versterkt dat de band die we met die anderen voelen. Daardoor neemt het plezier van socializen nog meer toe.
Een sportvereniging wordt van oudsher gezien als een bron van overbruggende en verbindende contacten. Tijdens de coronaperiode was dat duidelijk voelbaar, want mensen moesten toen de contacten binnen hun sportgroep missen. Trouwens, hoe nauwer we bij een sportclub betrokken zijn, hoe hoger de sociale waarde die we aan die club toekennen.
Sportactiviteiten zijn, naast culturele activiteiten zoals theater of muziek maken, een manier waarop mensen zich in hun vrije tijd met anderen verbinden. Vrijetijdssport ligt aan de basis van maatschappelijke inzet, meer dan religieuze, politieke of culturele verenigingen. (lees verder onder de foto)
Zingeving en identiteit
Sport is in onze samenleving een belangrijke bron van zingeving. Want het geeft je de mogelijkheid om je te identificeren met een persoon of een groep. Via sport kunnen tal van menselijke behoeften gerealiseerd worden, zoals gezondheid, presteren, genot, samenwerking en gezelligheid.
In haar boek The Joy of Movement stelt Kelly McGonigal, gezondheidspsycholoog: “Beweging biedt ons plezier, identiteit, verbondenheid en hoop. Het stelt ons in staat onszelf opnieuw te definiëren en ons opnieuw voor te stellen wat mogelijk is. Het maakt sociale contacten leggen gemakkelijker. Mensen die regelmatig actief zijn, hebben een sterker gevoel van doelgerichtheid en ervaren meer dankbaarheid, liefde en hoop. Ze voelen zich meer verbonden met hun gemeenschap en hebben minder kans op eenzaamheid of depressiviteit.”
Filosoof en sportwetenschapper Richard Bailey gaat met zijn Human Capital Model nog verder: “Sport is een manier om nieuwe vrienden te maken, sociale isolatie te voorkomen en sociale vaardigheden op te doen. Ook kan crimineel of antisociaal gedrag door sport worden beperkt.”
Sociale ontwikkeling
Volgens politicoloog Robert Putnam kan sport op meerdere manieren bijdragen aan ons sociale kapitaal: “Enerzijds door banden binnen dezelfde culturele groep te versterken – bonding. Anderzijds door banden tussen culturele groepen aan te gaan – bridging.”
Sport kan een verbindende factor zijn tussen mensen uit verschillende generaties met een diversiteit aan achtergronden en persoonlijke situaties. De grootste intrinsieke kracht van bijvoorbeeld voetbal is de verbinding tussen spelers, tussen supporters, tussen ouders en kinderen … Die verbinding speelt zich op allerlei niveaus af: jong en oud, allochtoon en autochtoon, arm en rijk … Iedereen wordt verenigd op het veld, langs de zijlijn en in de kantine.
Sport draait niet om sport alleen. Het is een doel, maar ook een middel om de ontwikkeling van mensen te bevorderen. Jongeren hebben naast algemene kennis ook sociale vaardigheden nodig. Met sport kan je werken aan de ontwikkeling van die sociale vaardigheden als zelfvertrouwen, betrokkenheid, inzet, zelfsturing, oplossingsgericht handelen, communicatie en doorzettingsvermogen. (lees verder onder de afbeelding)
Het belang van de groep
Groepssport leert je niet alleen omgaan met winst en verlies, maar ook met gezag, verantwoordelijkheid en samenwerking. Kinderen ontwikkelen discipline op die manier. Ze leren om respectvol om te gaan met teamgenootjes en trainers, maar ook met tegenstanders en scheidsrechters. De voetbalclub is geen buurthuis, wel een laagdrempelige plek waar mensen graag samenkomen, waar iedereen welkom is en iets kan betekenen.
Een voorbeeld daarvan is City Pirates, een voetbalproject actief in verschillende wijken van Antwerpen, onder meer in Merksem, Luchtbal, Linkeroever, Dam en Deurne. City Pirates is zoveel meer dan een voetbalclub. Voetbal wordt er gezien als een middel om vertrouwen te scheppen, wat noodzakelijk is om op een doeltreffende manier aan maatschappelijk werk te doen. Het motto van City Pirates luidt dan ook: “Voetbal de motor, sociaal engagement de brandstof, diversiteit de kracht.”
De club vormt een veilige thuishaven in meerdere complexe buurten en geeft jongeren de warmte en het vertrouwen die nodig zijn. Diversiteit wordt er als een rijkdom gezien. De missie van City Pirates zegt het helemaal: “Via voetbal willen wij alle Antwerpse kinderen en jongeren kansen geven en competenties aanleren met aandacht voor gelijkwaardigheid, respect en engagement, met het oog op een stabiele en evenwichtige toekomst.” De club telt intussen meer dan 1.600 voetballende leden.
Michel Pradolini, voorzitter van City Pirates en kleinzoon van Italiaanse migranten, ondervond zelf tijdens zijn moeilijke jeugd hoe belangrijk het is om vertrouwen te krijgen. Vertrouwen kan een sleutel tot succes zijn. In het logo van City Pirates staat de Latijnse leuze: velle est posse. Vrij vertaald betekent het: waar een wil is, is een weg.
Op het veld bij City Pirates
We gingen de sfeer opsnuiven bij City Pirates Luchtbal. We spraken er met enkele ‘piraten’ en met Michiel De Visschere, algemeen coördinator van City Pirates.
Hoe ben je bij City Pirates terechtgekomen?
Badr El Bouazzaoui, 17 jaar, middelbare school, trainer en speler: Via vrienden, die me vroegen om te komen testen.
Amin Senmar, 19 jaar, middelbare school, specialisatiejaar fitnesscoach, trainer U15 (spelers jonger dan 15 jaar) en speler: Ik ben een van de eersten die zich hier heeft ingeschreven, zo’n tien jaar geleden, toen City Pirates Luchtbal net opstartte. Ik ben nog van de eerste generatie piraten.
Rey Muhigana, 21 jaar, hogeschool, trainer U15 en speler: Ik ben hier beland door vrienden en was op dat moment op zoek naar een andere ploeg. Ondertussen ben ik twee jaar bij de club.
Anas Laaroussi, 19 jaar, middelbare school, richting economie & organisatie, speler, nog geen trainer: Ik ben hier ook door vrienden terechtgekomen.
Michiel De Visschere, 32 jaar, algemeen coördinator van City Pirates: Ik ben hier door de Antwerp Management School aangekomen, via een van de studenten die studiebegeleiding bij City Pirates Linkeroever gaf. Ik ben hier in 2017 beginnen te werken. Intussen is het meer dan een fulltimejob geworden.
Wat boeit je precies in het piraat zijn?
Amin: In eerste instantie het voetbal. Ik houd ervan om zelf te spelen, maar ook om ernaar te kijken. Iedereen is van dezelfde buurt en kent elkaar. In tweede instantie de relaties. Als je hier lang bent, ontstaan er meer en meer connecties. Ik ben hier bijna elke dag van de week. Ik zie de mensen hier meer dan mijn eigen familie.
Rey: Amin en ik behoren hier tot de ouderen. Als we zelf niet spelen, komen we naar de anderen kijken. En als het veld vrij is, spelen we graag zelf een partijtje voetbal. Sommigen kennen elkaar al heel lang, anderen hebben elkaar soms al jaren niet meer gezien, maar komen mekaar hier weer tegen. De meesten hebben onderling een goede band, zowel spelers als trainers. Voetbal is de eerste stap, maar daarnaast zijn studentenjobs en school ook belangrijk. We proberen jongeren hier discipline mee te geven, wat hen bij hun toekomst kan helpen.
Anouar Bouzian, 15 jaar, middelbare school, trainer U12 (spelers jonger dan 12 jaar) en speler bij de reserveploeg: Ik kom hier graag naartoe, niet alleen voor het voetbal. Ook wanneer er thuis iets aan de hand is, kan je hier terecht. Dat maakt de club anders dan andere clubs. Piraat zijn betekent dat men op jou kan rekenen als iemand hulp nodig heeft. (lees verder onder de foto)
Waarom staat er een piraat in het logo?
Michiel: We zijn ontstaan uit Voetbalclub Merksem die in 1921 werd opgericht. Toen we in 2014 ook in Luchtbal en Linkeroever actief zijn geworden, was het moeilijk om onder die naam verder te gaan en dus werd het City Pirates Antwerpen. De voorzitter, Michel Pradolini, heeft een link met de maritieme wereld. Hij werkte vroeger als scheepskok en heeft nu al jaren een maritiem cateringbedrijf. Vandaar de piraat.
Wat ‘piraat zijn’ is, kan iedereen voor zichzelf invullen. Een piraat is er voor zijn medepiraten. Die kan de wind in de zeilen hebben of soms uit koers geslagen worden. Maar wij zorgen voor elkaar. Momenteel zijn we actief in zes wijken. We hebben meer dan 1.600 spelers. Daarnaast bereiken we ook jongeren met onze muziekstudio River Side Studio en ons jeugdhuis in de wijk Dam. En we starten met The Comeback, een tweedehandswinkel die er voor iedereen is. Uiteraard is dat interessant vanuit ecologisch perspectief, maar het is ook uit financiële noodzaak. Het is niet voor iedereen vanzelfsprekend om elk jaar nieuw sport- en schoolmateriaal aan te schaffen.
Jaarlijks vindt er ook een Piratenparade plaats. Kan je daar iets over vertellen?
Amin: Het gaat eigenlijk om een wedstrijd van de eerste ploeg, waarbij de jongeren van de verschillende sites samenkomen in het Jef Mermansstadion in Merksem. Alle spelers zijn in trainingspak, ze stormen samen door de straten, ze zingen … De optocht verzamelt in het stadion om daar naar de wedstrijd te kijken.
Michiel: Dit jaar, op zaterdag 20 april 2024, was het de elfde keer. We organiseren de Piratenparade al van voor corona. In Merksem heeft City Pirates twee locaties, die een kwartiertje van elkaar liggen. We trekken door de straten van de ene naar de andere locatie. De ouders van de spelers sluiten die dag ook aan.
Rey: Voor de kleinere spelers, de zes- en zevenjarigen is het toch wel iets speciaals om in dat grote stadion te kunnen supporteren.
Vier van jullie zijn speler en trainer. Vanaf wanneer kan je trainer worden?
Michiel: Officieel vanaf vijftien jaar. Sommigen engageren zich al op vroegere leeftijd, bijvoorbeeld als vrijwilliger. Door het thuisgevoel dat hier heerst, gaan jongeren zich sneller in die rollen inzetten.
Amin: Als trainer zorg je voor de jongeren, op en rond het veld. Dat is heel belangrijk voor het zelfvertrouwen. (lees verder onder de foto)
Valt het trainen en voetballen goed te combineren met je studies?
Rey: Soms is het wel eens moeilijk, maar dan zoeken we een oplossing. Amin en ikzelf geven bijvoorbeeld samen training, maar indien nodig wisselen we elkaar af. En ook als er maar één trainer voor een ploeg is, zijn we er toch altijd om elkaar te helpen.
Amin: We brengen hier heel veel tijd door. Daarnaast blijft er weinig vrije tijd over. Vroeger had ik het op school moeilijk met wiskunde en Frans, en toen werd er hier voor mij extra begeleiding geregeld.
Zijn er City Pirates die het ver geschopt hebben?
Michiel: Koni De Winter is nu Rode Duivel, hij voetbalde bij ons in Merksem. Jérémy Doku, die bij Manchester City voetbalt, speelde destijds zijn eerste seizoen bij onze partnerploeg Olympic Deurne. Ik denk ook aan Faissal Al Mazyani, die nu met Jong Genk in eerste klasse B voetbalt. Sommige van onze spelers zitten bij jeugdploegen van eliteclubs. Daarnaast hebben we verschillende piraten die al aan het werk zijn en anderen die verder studeren.
Bij City Pirates versterken jongeren elkaar als groep. Ze steunen elkaar en betekenen veel voor mekaar. Dat zorgt ervoor dat ze blijven komen en zich engageren. Ze ontwikkelen zich door de jaren heen. Amin is bijvoorbeeld niet meer dezelfde trainer als vier jaar geleden.
De focus ligt hier niet op een professionele voetbalcarrière. Voor ons maakt het niet uit welke job de piraten uiteindelijk doen. Succes is niet een masterdiploma of een job met aanzien hebben. Succes is een toekomst kunnen uitbouwen en een job vinden waar je voldoening en energie uithaalt.