fbpx
deMens.nu

Een bank vooruit

Leerkrachten niet-confessionele zedenleer over hun vak

Artikel verschenen in deMens.nu Magazine jg10 nr3. Meer verhalen van leerkrachten hier.

Naam: Cerise Vanheerswynghels

Aantal jaren voor de klas: 10

School: MSKA Roeselare

Studierichting: BSO

Jaren: 2de en 3de graad

 

 

Hoe zet je je leerlingen in de lessen niet-confessionele zedenleer ertoe aan om kritisch/mediawijs met sociale media om te gaan?

Sociale media hebben een steeds grotere impact op ons dagelijkse leven. Of je nu voor of tegen bent, ze bepalen meer en meer onze manier van communicatie. Vaak start ik met de leerlingen de nettiquette – hoe je je op het net gedraagt – bij te brengen. Dat kan via een onderwijsleergesprek of een stellingenspel, met vragen als: welke afbeeldingen zet je op je profiel, wie voeg je toe aan je contacten? Vooral hun eigen ervaringen zijn dan van belang. Thema’s als catfishing of cyberpesten komen vaak spontaan aan bod, en de leerlingen krijgen alle ruimte om hun persoonlijke verhalen te vertellen.

Dan merk ik dat ze niet altijd op de hoogte zijn van de gevaren en mogelijkheden. Omgaan met sociale media hoort daarom bij een van de essentiële pijlers in de lessen niet-confessionele zedenleer (ncz): kritisch denken. Het is belangrijk dat leerlingen verder kijken dan hun neus lang is. Zo bekijken we nieuwsberichten die op sociale media circuleren. Ze controleren de betrouwbaarheid van de bron en concluderen dan of het om echt of fake nieuws gaat. Via die methode wil ik hen kritisch bronnenonderzoek bijbrengen.

 

“Kritisch denken,

een van de essentiële pijlers

in de lessen ncz”

 

Een andere didactische werkvorm die ik hanteer, is debatteren. Bijvoorbeeld over de stelling: moeten leerlingen en leerkrachten socialemediatraining krijgen? Tijdens zo’n debat bedenken de leerlingen kritische argumenten pro en contra. Vaak gaan ze zo bevlogen op in hun pleidooi, dat ze hun klasgenoten aanzetten tot nieuwe inzichten. Dat is een echte meerwaarde.

Via documentaires als Facebook en ik van Canvas toon ik de leerlingen dat digitale reclame vaak vermomd is en dat influencers producten of merken via sluikreclame aanprijzen. Ze ontdekken dat accounts op Facebook, Instagram, WhatsApp en Snapchat aan elkaar zijn gelinkt, omdat ze in handen van hetzelfde bedrijf zijn en hun persoonlijke gegevens eigenlijk veel waard zijn. Dan gaan ze toch wat bewuster met hun online profiel om. Ik wil leerlingen er vooral toe aanzetten om na te denken en zich af te vragen: wat kan ik online vertellen en wat houd ik beter voor mezelf? Vaak wijzigen ze nadien ook hun privacyinstellingen.

Uiteraard zijn er ook positieve punten aan sociale media, en die verhalen zich binnen onze schoolvisie. Zo hebben we een werkgroep ‘omgaan met sociale media’. Het was tenslotte geen schooljaar zoals voorgaande jaren: de leerlingen kregen vaak afstandsonderwijs, ze zitten nog meer dan ooit voor de pc, en het is belangrijk dat we hen zoveel mogelijk betrekken bij de schoolwerking en snel informeren over de veranderende richtlijnen. Door de vlotte werkbaarheid van sociale media kan je meteen verschillende doelgroepen bereiken. Het is tweerichtingsverkeer waarbij leerlingen en ouders onmiddellijk feedback geven, content creëren en aan de communicatie participeren.

 

Foto bovenaan © Shutterstock.com