fbpx
deMens.nu

Hoe vrij is de vrijdenker? – Interview met Emma Wadsworth-Jones (Humanists International)

Rond 10 december (Internationale Dag van de Mensenrechten) verschijnt elk jaar een nieuwe editie van het Freedom of Thought Report. Dit rapport van Humanists International onderzoekt de juridische en mensenrechtensituatie van humanisten, atheïsten en niet-religieuzen over de hele wereld. Conclusie: in veel landen is het allesbehalve evident atheïst te zijn.

Volgens het laatste rapport blijft België een van de veiligste landen voor vrijdenkers. Toch zijn er ook bij ons aandachtspunten. Een gesprek met Emma Wadsworth-Jones, Casework & Campaigns Manager bij Humanistst International.

 

Hoe onderscheidt het Freedom of Thought Report zich van andere mensenrechtenrapporten?

Wadsworth-Jones: “Voor zover wij weten is het Freedom of Thought Report het enige rapport dat zich uitsluitend richt op de situatie van de rechten van niet-religieuzen. We maken een synthese van een reeks bronnen – van juridische analyses, rapporten van internationale instellingen, mediaberichten, rapporten van nationale en internationale NGO’s en waarnemingscentra voor mensenrechten, en ooggetuigenverslagen – om een uitgebreide analyse te maken van de juridische, sociale en politieke omstandigheden die van invloed zijn op niet-religieuze mensen.

Het rapport dient als een krachtig hulpmiddel voor campagnevoerders om bij regeringen te lobbyen voor verandering. Het levert de bewijzen om betrouwbare en onderbouwde beweringen te kunnen maken.”

 

Is de wereld het voorbije jaar een betere plek geworden voor vrijdenkers?

Wadsworth-Jones: “Het is moeilijk om generalisaties te maken voor de hele wereldbevolking, maar mijn algemene indruk is dat er over het algemeen weinig is veranderd op mondiaal niveau. Slechts weinigen beseffen dat ook niet-religieuzen recht hebben op vrijheid van godsdienst of overtuiging.

Uit ons onderzoek weten we dat ongeveer 70% van de wereldbevolking in landen woont waar de uiting van humanistische waarden ernstig wordt onderdrukt. Als het gaat om wereldwijde trends, kost verandering – vooral positieve verandering – tijd. We zijn optimistisch dat dit rapport, samen met het werk van onze leden en partners, deze verandering op de lange termijn zal helpen bewerkstelligen.

Het afgelopen jaar hebben we Soedan nauwlettend gevolgd, waar de overgang naar democratie in 2019 leidde tot de secularisering van de staat en de intrekking van afvalligheidswetten. Het burgerconflict in het land, dat in 2021 begon, heeft deze vooruitgang in gevaar gebracht. Ook volgen we nauwlettend de situatie in Afghanistan, waar de de facto Taliban-regering systematisch alle eerdere vooruitgang op het gebied van democratie en mensenrechten in het land ondermijnt.

We blijven ons grote zorgen maken over de situatie van de vrijheid van godsdienst en overtuiging in Iran en Noord-Korea, waar ernstige schendingen blijven voortduren.

Minstens gedeeltelijk dankzij de inspanningen van onze leden en partners in het land, zien we geleidelijke verbeteringen in landen als Canada, IJsland en Australië.”

 

Momenteel gaat de aandacht wereldwijd uit naar het conflict in Gaza. Eerder dit jaar waren er protesten in Israël tegen de hervormingen van de regering Netanyahu. Wat is de status van het vrijdenken in deze regio?

Wadsworth-Jones: “In heel West-Azië hebben vrijdenkers te maken met systematische en ernstige discriminatie, ongeacht de overheersende religieuze groep in het land. In sommige landen leidt dit tot ernstige schendingen van de rechten van niet-religieuzen.

Hoewel de specifieke kenmerken per land verschillen, kunnen er enkele algemene patronen worden waargenomen. In de hele regio is de wet op zijn minst gedeeltelijk afgeleid van religieuze wetgeving of door religieuze autoriteiten, en een religie of religie in het algemeen krijgt waarschijnlijk privileges. De staat subsidieert religieuze scholen en/of verplicht religieus onderwijs op scholen zonder dat er een seculier alternatief is. Systemische religieuze privileges hebben geleid tot sociale discriminatie en de bevordering van een conservatieve agenda die geen rekening houdt met progressievere opvattingen. In veel landen in de regio zijn religieuze rechtbanken of tribunalen actief. Tot slot zijn er wetten tegen godslastering en geloofsafval die kunnen leiden tot gevangenisstraf en zelfs de doodstraf.”

 

Oekraïne wil lid worden van de EU en moet daarvoor hervormingen doorvoeren. Is secularisme ook een voorwaarde?

Wadsworth-Jones: “De criteria voor lidmaatschap van de EU, bekend als de criteria van Kopenhagen, zijn vastgelegd in artikel 6 en 49 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU). Deze omvatten basisvoorwaarden zoals stabiele democratische instellingen, de rechtsstaat, eerbiediging van de mensenrechten en bescherming van minderheden. Daarnaast omvatten de criteria het hebben van een functionerende markteconomie en het vermogen om de EU-wetgeving over te nemen en uit te voeren.

Hoewel secularisme niet expliciet als zelfstandig criterium wordt genoemd, past het in het bredere kader van grondrechten en democratische waarden die door de EU worden verdedigd. Daarom zou men kunnen stellen dat impliciet alle EU-lidstaten het secularisme zouden moeten hooghouden om ervoor te zorgen dat ze voldoen aan de normen die zijn vastgelegd in het VEU.

Dat gezegd hebbende, volgens het onderzoek van Humanists International voor het Freedom of Thought Report, kunnen slechts 4 van de 27 huidige lidstaten van de EU als echt seculier worden beschouwd – dat wil zeggen, waar er een duidelijke scheiding is tussen religieuze en politieke autoriteiten en geen enkele religie of geloofsgroep wordt gediscrimineerd. Oekraïne zou, als het tot de EU zou mogen toetreden, het vijfde seculiere land zijn.”

 

België wordt beschouwd als een van de veiligste landen ter wereld voor vrijdenkers. Net als in Nederland is er echter een heropleving van extreemrechts, een politieke ideologie die het vrijdenken niet bepaald steunt. Moeten we ons zorgen maken over mogelijke beperkingen van bepaalde rechten?

Wadsworth-Jones: “België (Vlaanderen) en Nederland staan niet alleen in de opkomst van extreemrechts in Europa; als je kijkt naar de meeste recente verkiezingsuitslagen van de afgelopen jaren in heel Europa, dan zie je een vergelijkbaar verhaal (bijv. met verkiezingsoverwinningen in Italië, Zweden, Finland, Slowakije, Hongarije, en belangrijke extreemrechtse partijen in Duitsland, Frankrijk, Spanje, enz.)

Deze trend is waarneembaar in Europa, maar eigenlijk is er wereldwijd een voortdurende steun voor populistisch nationalisme. Zie ook Argentinië, Trump die nog steeds extreem populair is in de VS, Guatemala, Tunesië … Deze zijn niet extreemrechts, maar delen het populistische nationalisme. De gevolgen van een nationalistische extreemrechtse regering in Israël zijn op dit moment ook pijnlijk duidelijk.

Extreemrechts is traditioneel geen voorstander van vrijdenken of humanistische principes. Het steunt op het bevorderen van een exclusivistisch groepsdenken (in tegenstelling tot het stimuleren van vrij en kritisch denken en seculier onderwijs) dat vaak gebaseerd is op desinformatie. Het verwerpt de waarden van gelijkheid, tolerantie en waardigheid die humanisten koesteren en uitdragen. Bij veel van de Europese extreemrechtse en rechtse bewegingen zie je allianties met de Kerk en een aanname van de christelijke identiteit en nationalisme (bijv. Italië en Hongarije). Je ziet ook dubbele standaarden en hypocrisie als het gaat om welke minderheden worden uitgesloten en gekleineerd, en welke worden verdedigd. In een land als Frankrijk zie je dat het laïcisme door extreemrechts wordt gebruikt om moslims uit te sluiten.

Dus ja: we moeten ons grote zorgen maken over (potentiële) beperkingen van bepaalde rechten. De eerste slachtoffers zijn migranten, religieuze minderheden, gendergelijkheid, reproductieve en seksuele rechten en de lgbtqia+ gemeenschap. Er is natuurlijk veel diversiteit in de manier waarop extreemrechts zich manifesteert, maar gezien de nationalistische identiteiten en angst waarop ze zich baseren, is dit nooit goed voor mensenrechten, gelijkheid en non-discriminatie.”