Ik werd gepest op school
Column verschenen in deMens.nu Magazine jg7 nr4
Kurt Van Eeghem
Ik was twaalf en elke ochtend reed ik angstig met de kusttram naar mijn nieuwe school, het Sint-Jozefsinstituut in Heist-aan-Zee. Waarom de andere leerlingen me het bloed onder de nagels vandaan haalden, begreep ik niet. Inmiddels besef ik dat correct Nederlands praten en ballet volgen op je vrije woensdagmiddag twee dingen waren die je beter niet deed in het West-Vlaanderen van toen.
Ja, ik sprak mooi Nederlands op school en ja, ‘West-Vleuten’ willen te allen tijde in het eigen ‘gemalen baksteen’ Nederlands communiceren. Dat kon ik nog enigszins volgen. Maar het was mijn kunstig gehuppel dat de grootste weerzin opwekte. Dat ik elke week met twaalf meisjes kunstig de beentjes strekte aan de barre, dat vond het klootjesvolk de echte ‘afwijking’. Voor het eerst hoorde ik het woord ‘janet’. Het werd mij in het gelaat gespuwd door de schorre keeltjes op de speelkoer. Elke dag weer en bij elke pauze liepen tientallen joelende kinderen achter mij aan die maar bleven brullen, stompen en knijpen.
Het gebeurt niet vaak meer, maar nog steeds sla ik in een kramp als iemand zomaar ‘janet’ naar mij roept. Ooit was ik ‘wereldberoemd in Vlaanderen’ en in mijn allereerste interview had ik me geout. Meer dan me lief was, stopten auto’s bruusk naast me, waarna het raampje werd geopend en een zootje ongeregeld ‘janet’ door de straat gilde. Ook al kreeg ik letterlijk braakneigingen en welde er telkens diepe woede op, nooit heb ik bij volgende interviews gedacht dat low profile beter zou zijn. Nee, ik ging voluit voor wie en wat ik was. Een kind van de barricade ben ik niet geworden, maar over mijn identiteit bleef ik duidelijk. Ik werkte mee aan de activiteiten van de ‘beweging’, presenteerde holebifeesten, leidde gesprekken, noem maar op. Het was verdorie mijn verdomde plicht.
In de krant lees ik nu stukken over gaybashing in Vlaanderen. De regelmaat waarmee ze verschijnen is weerzinwekkend. Bijna dagelijks worden meisjes en jongens in elkaar getimmerd, omdat ze niet beantwoorden aan het versteende beeld dat bepaalt dat enkel man EN vrouw het voorrecht hebben om met elkaar het feest van de twee ruggen te beleven. Ik wil dit niet meer lezen, het moet stoppen. Telkens hoor ik op de achtergrond de stemmen van die kloothommels uit Heist-aan-Zee. Telkens weer lijd ik een beetje mee.
Ja, we mogen trouwen en kinderen adopteren, dat heeft Paars goed geregeld. Het is misschien niet altijd van harte, maar ik kan ze niet genoeg danken voor de mooie wetten. In Brussel en Antwerpen wordt elk jaar plaats geruimd voor ‘ons soort mensen’ die dan feestelijk door de straten paraderen. Mandatarissen van politieke partijen lopen voorop met toeters, bellen en vlaggen, en eisen … tja, wat eisen ze … stemmen? Vooral de partijen die in het verleden geen enkele steen hebben verlegd, joelen om ter hardst om de ‘zegeningen van de Verlichting’ te claimen. Hoe moedig … We hebben verdorie niets aan deze bende te danken. Hun voorgangers stemden zelfs ongegeneerd tegen de liberalisering. Nu vrolijk vooroplopen, is hoogst ongepast en hypocriet.
Omdat elk geblutst gezicht in de krant mij misselijk maakt, elke melding van verbaal en ander geweld me doet huiveren, wil ik hun facies niet meer zien in onze stoeten, tenzij ze ook echt iets gaan ondernemen tegen de uitwassen. Waar zijn de actieplannen, waar is de moed, hoeveel bloed moet er nog vloeien?
Ik blijf in mijn allermooiste Nederlands verkondigen dat ik de Griekse beginselen ben toegenegen en maak er stijlvol een danspasje bij. Als je me nodig hebt, zal ik er zijn.
Foto © Isabelle Pateer – Otherweyes
Kurt Van Eeghem is presentator, acteur en schrijver.