fbpx
deMens.nu

Als de dood voor de dood

Leven in het hier en nu

Artikel verschenen in deMens.nu Magazine jg8 nr4

Meer over lezen over het leven, de dood en het zoeken naar troost? Ga naar woordenvantroost.be

“Leef, alsof het je laatste dag is. Leef, alsof de morgen niet bestaat. Leef, alsof het nooit echt af is. En leef, pak alles wat je kan. En ga, a, a, a, a, a, a, a …” André Hazes jr. bezingt in zijn verpletterende oorwurm wat oude filosofen ons eeuwen geleden al adviseerden: leef elke dag alsof het je laatste is, want met de dood voor ogen leren we betere keuzes te maken. Maar is het leven nog te doen, als je elke dag je eigen sterfelijkheid overdenkt?

Nele Deblauwe

We weten dat we ooit doodgaan, het is de enige zekerheid die we in dit leven hebben. Toch schrikken we er telkens van wanneer iemand uit onze omgeving – al dan niet aangekondigd – sterft. We beschouwen de dood als een vijand die we liefst ver van ons weghouden. De dood is de meest ongenode gast op het feestje van ons leven. In onze huidige cultuur richten we al onze pijlen op de eeuwige jeugd, van anti-aging crèmes tot trendy diëten, van sportrages tot lifecoaches. We kunnen het zo gek niet bedenken, of het bestaat. We creëren voor onszelf de illusie dat we onsterfelijk zijn.

De dood wordt letterlijk doodgezwegen. Sterven is een van de grootste taboes van deze tijd. Toch gaat de dood ons allemaal aan, dus kunnen we ons er maar beter mee verzoenen. Vanzelfsprekend is dat niet, want heel wat mensen zijn bang om te sterven. Ooit worden we definitief gescheiden van de mensen die we graag zien. Bovendien weten we niet altijd precies wanneer hét moment komt, wat behoorlijk wat onzekerheid met zich meebrengt. Terwijl mensen vooral greep op hun leven willen hebben. Ze willen zelf bepalen wat er gebeurt en wanneer. Er zijn zo veel dingen in dit leven waarvoor we kunnen kiezen, de mogelijkheden zijn ogenschijnlijk onbeperkt, maar kiezen voor het eeuwige leven hoort daar niet bij. De dood komt, in welke gedaante dan ook.

 

Een handleiding voor de dood

© Shutterstock.com  Vrijzinnig humanisten leven in het hier en nu, ze geloven niet in een leven na de dood. Dat maakt dat zij de zin van het leven in het leven zelf zoeken

Vroeger werd er anders omgegaan met sterfelijkheid, maar sinds de recente ontwikkelingen op medisch vlak – zoals de mogelijkheden rond intensieve pijnbestrijding – is de dood vaak een gemedicaliseerd proces geworden. Sommigen geloven dat de moderne wetenschap ervoor zal zorgen dat de mens duizend jaar en meer kan worden. Wie weet? Voorlopig sterven we nog op de gemiddelde leeftijd van 83,7 jaar bij vrouwen en 79 jaar bij mannen (zie: Statbel, België in cijfers). We kunnen dus maar beter voorbereid zijn. Maar hoe?

Wanneer er in België honderd mensen sterven, dan zijn er een dertigtal voor wie de dood erg plots komt. Ze sterven door een ongeval of in hun slaap. Voor de meeste mensen neemt de dood z’n tijd, de fase die het levenseinde inluidt duurt dan enkele dagen, weken, of misschien zelfs maanden. Die terminale fase is een intensieve tijd voor de persoon die sterft, maar ook voor zijn omgeving. Er zijn verschillende mogelijkheden die ervoor kunnen zorgen dat het leven zo goed mogelijk wordt afgerond. Daarover lees je verder in dit nummer meer.

 

Goed sterven hoort bij goed leven

“Geef die mensen eens iets te drinken, want straks sterft iederéén hier van de dorst!” Een kwartier na zijn hilarische oneliner was Luc* dood. Hij koos voor euthanasie, na een intense lijdensweg waarbij sprake was van zowel fysiek als psychisch lijden. Voor Luc was sterven het sluitstuk van zijn doorleefd leven. In de aanloop naar zijn dood stelde hij zichzelf vragen. Waarom dit lijden? Waarom moet ik sterven? Wat betekende ik hier op aarde? Wat doe ik hier? Wie ben ik? Is er leven na de dood? Een eenduidig antwoord op al die vragen is er niet. We vullen ze in naargelang onze persoonlijkheid, onze geschiedenis, en de normen en waarden die we erop nahouden. Wie erin slaagt die vragen voor zichzelf te beantwoorden, zal misschien meer innerlijke rust ervaren of min of meer van die angst bevrijd zijn in het aanschijn van de dood.

Existentiële levensvragen gaan immers over het bestaan zelf; ze hebben te maken met wie je bent, maar ook met de betekenis van het leven en de eindigheid ervan. De omgeving kan dat soort vragen bij het levenseinde snel de kop indrukken: “Waar ben jij nu mee bezig?”, “Je moet daar niet te veel aan denken”, of “We zijn nog niet zo ver”.

In het geval van Luc trok de huishoudster de gordijnen met een ruk open, vertelde ze hem dat de zon keihard scheen – óók voor hem – en dat hij knettergek was om dit leven – vrijwillig – te verlaten. Zij leek banger voor zijn dood dan hijzelf. Toen hij stierf, was zij er niet bij. Toch had hij dat graag gewild, want doodgaan deed hij het liefst met al zijn geliefde en vertrouwde gezichten erbij. In die laatste weken namen positieve gevoelens de bovenhand. Hij voelde veel liefde en verbondenheid, geen eenzaamheid, angst of spijt. Hij ging met een glimlach: “Het is hier gedaan, salut!”

 

Er is leven, er is leven na de dood. Of niet?

© Shutterstock.com  De dood bespreekbaar maken, maakt het leven soms draaglijker. Voor de persoon die sterft, maar ook voor de omgeving

Vrijzinnig humanisten leven in het hier en nu, ze geloven niet in een leven na de dood. Wanneer ze sterven wordt hun lichaam opgenomen in het grotere geheel van de natuur. Ze leven alleen verder in de herinneringen van de mensen die hen dierbaar waren. Die visie is heel bepalend voor de manier waarop vrijzinnig humanisten in het leven staan; ze reflecteert hun algemeen mens- en wereldbeeld. Het feit dat zij geloven dat er na dit leven niets meer is, maakt dat zij de zin van het leven in het leven zelf zoeken. Ze kiezen voor goed boven kwaad, zonder te verwachten hiervoor in een of ander hiernamaals beloond te worden.

Toch blijft de mogelijkheid van een leven na de dood veel mensen boeien en fascineren. Als je je een leven na de dood zou kunnen of mogen voorstellen, hoe zou dat er dan uitzien? Wie hoopt op of gelooft in een leven na de dood, heeft daar vaak een heel persoonlijke visie op, en die verschilt sterk van mens tot mens.

Zo zijn er mensen die in een lichamelijk leven na hun overlijden geloven, maar evengoed zijn er die ervan overtuigd zijn dat alleen hun ziel verder leeft. Beide opvattingen zijn het sterkst aanwezig bij monotheïstische godsdiensten, zoals het jodendom, het christendom en de islam. Anderen voelen zich eerder aangetrokken tot reïncarnatie, wat dan weer nauw samenhangt met oosterse levensbeschouwingen. Op die manier brengen gedachten rond leven en dood een nieuwe trend aan het licht. Steeds meer mensen ‘shoppen’ namelijk hun antwoorden op zingevingsvragen bij elkaar bij verschillende levensbeschouwingen en godsdiensten. Ze maken er iets heel persoonlijks van. Zo noemen ze zichzelf een overtuigd vrijzinnig humanist, en tegelijk vertellen ze aan hun kinderen “dat opa een sterretje aan de hemel is”. Of ze herkennen in een toevallig voorbij fladderende vlinder hun eigen overleden dochter.

 

Is het leven nog te doen,

als je elke dag

je eigen sterfelijkheid overdenkt?

 

Later als ik dood ben

Leven en dood zijn tegenpolen. Tegelijk ontmoeten ze elkaar steevast op dat ene cruciale ogenblik, er zijn geen uitzonderingen. Zolang we leven, kunnen we ons niet voorstellen hoe het is om dood te zijn. We ontmoeten de dood altijd bij anderen, want ons eigen sterven valt buiten onze horizon. De dood van iemand die we graag zien, kan hard zijn en houdt ons een spiegel voor; we worden geconfronteerd met onze eigen eindigheid. Voor sommigen is die confrontatie te hard, te meedogenloos. Ze kijken weg in de hoop niet te moeten zien wat hen te wachten staat.

Maar er zijn ook mensen die hun sterfelijkheid met een zekere openheid tegemoet kijken. Ze denken na over hun afscheid en laatste wensen, of ze maken een bucketlist op lange of korte termijn. In een laatstewensenboekje noteren ze welke muziek er tijdens hun uitvaart gespeeld mag worden, wie iets mag vertellen, welke kledij ze willen dragen, of welke urne hun voorkeur heeft. En niet te vergeten: wat er met hun socialemedia-accounts moet gebeuren na hun overlijden. Op die manier worden belangrijke persoonlijke beslissingen uit handen van de nabestaanden genomen, wat dan weer rust kan brengen in een emotioneel turbulente tijd. De dood bespreekbaar maken, maakt het leven soms draaglijker. Voor de persoon die sterft, maar ook voor de omgeving.

 

Ge moogt naar huis gaan, vaarwel, goodbye

Het taboe op de dood doorbreken is niet eenvoudig. Misschien is het zelfs niet wenselijk of mogelijk? Het taboe heeft ook een beschermende functie. Als we dagdagelijks oog in oog staan met onze eigen sterfelijkheid, dan vergeten we wellicht voluit te leven. Bovendien houden heel wat gewoontes, regels en verwachtingen binnen onze cultuur het taboe op de dood in stand. Sterven en rouw worden aan het zicht en de werkelijkheid onttrokken. Nochtans is vergankelijkheid niet negatief. De dood schept voorwaarden voor een zinvol leven. Met de tijd en de mogelijkheden die we hebben, maken we er maar beter het beste van. En wanneer de dood komt, dan is het goed dat iemand vertelt hoe we dat gedaan hebben. Maar ook daarover lees je verder in dit nummer meer. Je verhaal mooi kunnen afsluiten, daar gaat het tenslotte over.

* Om privacyredenen is Luc een schuilnaam.

 

© Shutterstock.com  Sterven en rouw worden aan het zicht en de werkelijkheid onttrokken. Nochtans is vergankelijkheid niet negatief. De dood schept voorwaarden voor een zinvol leven