Podcast: Beschuldigd van gifmoord
‘Ook zou dit kunnen betekenen dat ik veel patiënten die nu nog beroep op mij doen, in de steek zou moeten laten. Toch buig ik het hoofd. En vraag ik mij mijn vrijheid na 10 jaar terug te geven.’
Hoe vind je terug rust en sereniteit na een slopend proces voor assisen dat diende te oordelen over schuld of onschuld aan gifmoord? Hoe kom je tot jezelf als je al die tijd heen en weer werd geslingerd tussen demonisering en eerherstel? ‘Al die tijd heb ik gevochten om mijn kwaadheid en onmacht om te buigen naar mildheid.’ Kwaadheid… Mildheid…
Je hoort nog veel meer in het recente gesprek van Karel Van Dinter met Lieve Thienpont, te beluisteren als podcast op de website van het Humanistisch Verbond.
Menselijkheid
Op vrijdag 17 januari 2020 kwam euthanasie voor het eerst voor het hof van assisen. De familie van Tine Nys klaagde de euthanasie op basis van psychisch lijden aan. Tijdens het proces stonden drie artsen terecht voor gifmoord. Een slopend en ophefmakend proces om vele redenen. Het ging er immers om morele integriteit, waardigheid, medeleven. Maar ook, en zeker niet in het minst, om eerlijkheid en humanisme. De artsen werden vrijgesproken… Tijdens het proces waren er telkens weer de vele cruciale vragen omtrent zelfbeschikking en een waardig levenseinde. In elke getuigenis. In ieder verhoor. Elke aanklacht. Elk pleidooi… Maar telkens toch ook anders. ‘Gevangen in een systeem dat de mens herleidt tot vijand of prooi, geloof ik niet in winnaars wat ethische en medische discussies en beslissingen betreft.’ Ondanks de vrijspraak blijft het wachten op serene en definitieve antwoorden…
Sereniteit
In Beschuldigd van gifmoord schrijft Lieve Thienpont voluit over haar diepste gedachten en emoties voor, tijdens en na dat proces. Over eerbaarheid. Een persoonlijk verhaal, waarin ze de eigen overtuigingen kritisch bevraagt. Afwegingen maakt… Scherp. Betrokken. Verantwoordelijk. ‘Zijn er dan geen fouten gemaakt? Konden we niet beter?’ Ze citeert David Grossman: ‘Ik schrijf. En ik ervaar hoe correct en precies woordgebruik iets heeft van een medicijn.’ Een medicijn. Tegen morele vertwijfeling. Het proces liet dag na dag immers diepe sporen na. Verantwoording. Onzekerheid. Een zelfonderzoek over schuld en onschuld: ‘Ben ik een misdadiger?’
Zachte krachten…
In Wat doet dat met een mens?, haar dagboek van het proces, vertelt Lieve Thienpont niet alleen over hoe het voelt wanneer je achter ‘het hekje’ staat. Oog in oog met de tegenpartij. Het hof. De volksjury. Advocaten. Getuigen. Het publiek. Bekenden. Geliefden. Behoedzaam schrijft ze over hoe ze de rechtsgang ondergaat. Met alle haperingen en verrassende, onbegrijpelijke wendingen. Randje georkestreerd? Gemanipuleerd? Verwarrend vooral. Over de rigide procedureregels, de sluwe verhoren, de grimmige pleidooien, het showgehalte, de reacties van het publiek. Maar Beschuldigd van gifmoord gaat vooral over de kleine en grote twijfels, geschonden overtuigingen, wanhoop, onbegrip. Maar ook over de steunende nabijheid van geliefden en medestanders. Loutering.
Geen winnaars
En dan immense opluchting… Vrijspraak. Geen vreugde. Herbronnen Geen voldoening. Want een rechtszaak zonder winnaars. Een proces dat ‘men’ niet wou? En toch, toch, toch wil ze haar geloof in de rechtsgang – het systeem – behouden… Enkel verliezers? Net daarom. Lering trekken. Het moet anders… Want misschien is er toch iets gewonnen… En dat er moet gewerkt worden aan… Ja, aan wat? Beter sluitende wetteksten? Meer bezinning? Ethiek. Menselijkheid…
Hij sprong van heel hoog.
Hij brak al zijn leden.
Het brak mijn hart.
In Hoe verder met levenseindevragen?, de loutering niet voorbij, komen nog meer vragen. Het proces heeft de artsen attent gemaakt op hun kwetsbare juridische positie: ‘Ik wens geen enkele collega deze beproeving toe.’ Artsen moeten immers nog steeds vrezen… Over de grijze zones van de euthanasiewet. Elke wet. Over de troost en het medeleven van de hulpverlener. Een mens. Empathisch. Begrip. Helpen. Over het pijnlijke spanningsveld tussen wettelijk en menselijk handelen…
Over het uitklaren van het onmogelijke onderscheid tussen psychisch, lichamelijk en existentieel lijden, maar ‘dat het onderscheid tussen ‘fysiek’ en ‘psychisch’ lijden niet te maken valt’. En we dat dus ‘beter uit de wet kunnen schrappen’. (p. 166) Ondraaglijk. Lijden. Over de nood aan inleving en gevoeligheid voor elke pijn. Samen met een mens. Vragend. Een méns. Sámen. Gevoeld vanuit de machteloosheid en de quasi onbereikbaarheid van een waardige uitweg… Moeilijke antwoorden.
Beschuldigd van gifmoord gaat over verdriet en pijn. Een verinnerlijkte zoektocht. Herbronning. Maar vooral een noodzakelijk verhaal vol mild medeleven en – tóch – zachte vreugde. En stille hoop…
Schrijven heelt. Zeker. Maar niet altijd genoeg…
Karel Van Dinter
Moraalfilosoof
Dit artikel verscheen eerder al op de website van het Humanistisch Verbond.