Het gevoel niet verbonden te zijn
Humanisme in tijden van eenzaamheid
Artikel verschenen in deMens.nu Magazine jg12 nr3. Lees hier meer artikels over ‘eenzaamheid’.
Je wordt alleen geboren en je gaat alleen dood. Tussen begin en einde ben je een sociaal wezen, maar vroeg of laat word je bevangen door een gevoel van leegte en alleen-zijn. Als je eenzaam bent, voel je je niet verbonden. “Radeloos en verloren”, zoals Johan Verminnen het zingt. Eenzaamheid is geen ziekte, het maakt deel uit van onze menselijkheid. De kracht van verbeelding zorgt nu eenmaal voor vertwijfeling.
Bert Goossens
Leven in groepsverband
De mens is een sociaal dier. Het is een platitude waar een kern van waarheid in zit. Van oudsher leven we in groepsverband, eerst als jager-verzamelaar en later in nederzettingen die nu en dan tot metropolen uitgroeiden. Fysiek zijn we verre van de sterkste soort in de natuur. Samenleven en -werken bleek de beste strategie om ervoor te zorgen dat we als individuen onze genen optimaal kunnen doorgeven.
Veel dieren leven in groepsverband, maar het kan ook anders. Solitaire dieren leven alleen en zoeken soortgenoten enkel op in functie van de voortplanting. Grote roofdieren die hun eigen territorium willen verdedigen, zoals de jaguar, het sneeuwluipaard en de ijsbeer, hebben er baat bij om (grotendeels) alleen door het leven te gaan. Ook de reuzenpanda, het roodborstje, de otter en de blauwe vinvis zijn solitaire dieren, elk om hun bijzondere redenen.
Solitair betekent niet hetzelfde als asociaal. In gevangenschap kunnen sommige solitaire dieren het best met soortgenoten vinden. Dierlijk gedrag wordt bepaald door de omstandigheden. In de wilde natuur is het voor sommige soorten gewoonweg voordelig om solitair te zijn. (lees verder onder de foto)
Behoefte aan deconnectie
Eenzaamheid is het gevoel dat je hebt wanneer je je niet verbonden voelt. Leegte, angst, verdriet, vertwijfeling, gemis … eenzaamheid kan gepaard gaan met een ruim palet aan gevoelens. Als je eenzaamheid naar het Engels vertaalt, kom je uit bij de termen solitude en loneliness. Het laatste begrip dekt de negatieve lading van hoe we eenzaamheid in het Nederlands definiëren. Daartegenover geeft solitude een enigszins positieve connotatie aan het gevoel van alleen-zijn.
Alleen-zijn is een schaars goed geworden dat door sommigen sterk wordt begeerd. We zijn nog nooit zo sociaal actief geweest, al is het vandaag vaak in virtuele vorm. Met de komst van internet, smartphone en sociale media kan je het gevoel hebben nooit echt alleen te zijn. Daaruit kan de nood ontstaan om af en toe te ‘deconnecteren’ en de online wereld (tijdelijk) vaarwel te zeggen. Even me-time. Ook filosoof en wiskundige Jean Paul Van Bendegem houdt een warm pleidooi voor onthaasting in een tijd waarin alles maar lijkt te versnellen. We moeten leren loslaten en tijd nemen om even rustig na te denken.
Sociale afzondering kan een bewuste keuze zijn. Denk aan monniken die al biddend het aardse willen overstijgen. Of aan de vele mensen die hun toevlucht zoeken in mindfulness, meditatie of joggen. Sommigen gaan nog een stapje verder en doen aan bushcraft: ze trekken zich met een scala aan rudimentaire overlevingstechnieken terug in de natuur. Wie de film Into the Wild uit 2007 heeft gezien, weet dat dat niet altijd even prettig afloopt.
Heeft eenzaamheid altijd al bestaan? In het Westen zette het christendom lang de toon van onze denk- en leefwereld. Met een alomtegenwoordige God ben je nooit écht eenzaam. In onze seculiere samenleving staat individualisme centraal. Het is aan het individu om zin in het leven te vinden.
Hoewel we onweerlegbaar sociale wezens zijn, wil dat niet zeggen dat we gedetermineerd worden door ‘onze natuur’. Als zelfbewuste dieren kunnen we een eigen invulling geven aan wat het betekent om sociaal te zijn. We kunnen zelf bepalen hoe vaak we alleen willen zijn. Alleen hebben we niet altijd vat op de hoeveelheid en kwaliteit van onze sociale relaties. (lees verder onder de foto)
Niet alleen, toch eenzaam
In haar boek De lege hemel schept filosofe Marjan Slob inzicht in wat het betekent om eenzaam te zijn. Grote denkers als Blaise Pascal, René Descartes en Simone de Beauvoir passeren de revue, maar evengoed haalt de Nederlandse inspiratie uit de populaire cultuur en haar eigen leven.
Volgens Slob onderscheiden sociologen drie soorten eenzaamheid: emotionele eenzaamheid, waarbij je eronder lijdt dat je je diepste gevoelens niet met iemand kan delen, sociale eenzaamheid, waarbij je een gebrek aan sociale contacten ervaart, en existentiële eenzaamheid, waarbij je je verloren voelt. Slob wil zich niet vastpinnen op een allesomvattende definitie. Eenzaamheid is complex en subjectief.
Zelf haalt ze vooral inspiratie uit het werk van Daniel Dennett, een Amerikaanse filosoof en scepticus die gespecialiseerd is in vraagstukken over ons bewustzijn. Volgens Dennett zijn dieren in staat tot zeven basisemoties: woede, angst, weerzin, geluk, verdriet, verrassing en minachting. Voor een gevoel zoals eenzaamheid heb je zelfreflectie en voorstellingsvermogen nodig. Dat talent is enkel voor de mens weggelegd. Eenzaamheid is niet gezellig of wenselijk, maar wel eigen aan onze menselijke conditie. Iets wat we, op de een of andere manier, een plek moeten geven. Net als die andere onaangename gevoelens die op ons levenspad komen.
Het hebben van weinig tot geen sociale contacten kan tot langdurige eenzaamheid leiden. Dat brengt een paradox met zich mee. Je raakt in een toestand waarbij je verlegen wordt en contacten gaat vermijden, terwijl je er net heel hard behoefte aan hebt. Het is niet altijd eenvoudig om uit die negatieve spiraal te raken.
Eenzaamheid is altijd een gevoel, geen feit. Het is niet omdat je alleen bent, dat je eenzaam bent. Ook het omgekeerde is waar: het is niet omdat er mensen om je heen zijn, dat je niet eenzaam kan zijn. Je kan geen connectie voelen met anderen op school, op je werk of op een feestje. Het gaat niet enkel over kwantiteit, maar ook over kwaliteit.
Zelfs binnen een relatie kan je je eenzaam voelen. Dat laatste wordt gethematiseerd door psychoanalyticus Paul Verhaeghe in zijn bestseller Liefde in tijden van eenzaamheid. Verhaeghe is een meester in het schetsen van relationele hyperbolen of overdrijvingen, waarbij hij een diepere waarheid lijkt op te delven. Zijn dichotomie tussen man en vrouw, een tweedeling met de nodige stereotypering, leest in deze genderinclusieve tijden wat geforceerd. Maar hij raakt wel aan een onderwerp dat sterk leeft: het is niet vanzelfsprekend om een diepgaande connectie met een ander aan te gaan. (lees verder onder de foto)
Maskers, deel van het mens-zijn
We zijn denkende wezens en onze gedachten kunnen heel diep snijden. Taal speelt daar een belangrijke rol in. “Dankzij taal hebben we weet van onze eindigheid in de uitgestrekte oneindigheid”, drukt Slob het poëtisch uit. Dankzij taal kunnen we verbinden met elkaar.
Om die verbinding te doen slagen, hebben mensen een soort ‘bufferzone’ ingebouwd. Het is de plek waar je je gevoelens en impulsen even on hold kan zetten om te reflecteren over wat je wel – of niet – van jezelf wil laten zien. De Franse filosoof Michel de Montaigne schreef in zijn essay Over de eenzaamheid: “Houd een achterkamer voor jezelf vrij, zorg voor een beschermd plekje achter de coulissen, weg van het wereldse toneel.” Of in de woorden van Dennett: “De innerlijke ruimte vol privégedachten heb je om jezelf als mens te duiden en in een contact te plaatsen, opdat jouw lichaam zijn belangen beter, verfijnder, tactischer kan behartigen.”
Niemand is een open boek. We zetten voortdurend verschillende maskers op in verschillende contexten. Het punt van Slob is niet dat de mens een achterbaks wezen is. Het opzetten van maskers is juist essentieel voor wat het betekent om mens te zijn. Het is hoe we onze innerlijke wereld met alles daarbuiten verbinden. Slob: “Het zelf is de naam van een proces van uitwisseling tussen binnen- en buitenwereld. Individualiteit gebeurt, en wel dankzij dat contrast. Als er geen buitenwereld is, valt je individualiteit net zo goed weg. Wat net zo goed eenzaam voelt.” Ook de Frans-joodse filosoof Emmanuel Levinas wist het al: zonder de aanblik van de ander, is er geen ik mogelijk.
Marjan Slob voert popicoon David Bowie aan als schoolvoorbeeld van hoe je met verschillende imago’s kan spelen. Bowie was allesbehalve een extraverte persoon, toch was hij een meester in het connecteren met zijn schare fans door verschillende rollen te spelen. Hij vond het perfecte evenwicht tussen zichzelf afschermen en zichzelf tonen.
Wie imago zegt, denkt al gauw aan onze virtuele wereld, waar schone schijn schering en inslag is. Sociale media worden voor tal van maatschappelijke problemen met de vinger gewezen, ook als het over eenzaamheid gaat. Volgens Slob is er geen onderzoek dat bevestigt dat sociale media eenzaamheid veroorzaken. Wel is het zo dat ze bestaande patronen kunnen bestendigen en versterken. Online communicatie brengt het voordeel met zich mee dat je je maskers bedachtzaam kan creëren. Dat kan positief zijn. Wat niet wegneemt dat je je ook kan verliezen in het opzetten van een schijnwereld die gaapt met de realiteit. (lees verder onder de foto)
Een derde plaats voor ontmoeting
Eenzaamheid zullen we nooit volledig kunnen wegfilteren. Toch kan het wenselijk zijn om de maatschappelijke mechanismen die tot sociale exclusie en eenzaamheid leiden, onder de loep te nemen. Zo richten populaire denkers als Paul Verhaeghe en psychiater Dirk De Wachter zich tot de ‘dolgedraaide neoliberale samenleving’ voor tal van onze gevoelsproblemen.
In elk samenlevingsmodel zijn er plekken nodig waar (kwalitatieve) ontmoeting mogelijk is. In de sociologie maakt men een onderscheid tussen de thuisomgeving, de ‘eerste plaats’, en de werkplek, de ‘tweede plaats’. Daarnaast zijn er ook de third places, omgevingen die al dan niet tot sociaal contact kunnen leiden. Denk bij die ‘derde plaatsen’ aan cafés, clubs, openbare bibliotheken, sportscholen, boekenwinkels en parken. Maar het verenigingsleven en de socioculturele sector staan vandaag onder druk. Sommige van die plekken, zoals het buurtcafé, verdwijnen uit het straatbeeld. De voorbije coronacrisis en economische factoren bestendigen die sociologische trend.
Er schuilt ook maatschappelijk gevaar in eenzaamheid. Vereenzaamde zielen kunnen zich verliezen in radicalisering. Men zoekt verbinding met een groep en een ideologie die zich afzetten tegenover een gedeelde vijand. Criminoloog Christophe Busch spreekt over ‘toxische polarisatie’: de ander wordt niet langer voorgesteld als een politieke tegenstander, maar wel als een vijand en bedreiging voor de eigen groep.
Tegenover een ‘wij’ mag best een ‘zij’ staan, zolang die maar met respect wordt bejegend. Die humanistische boodschap klinkt vandaag minder luid. De uitdaging waar we voor staan, is om die warme waarden weer aansluiting te laten vinden bij mensen die zich ontheemd voelen in onze samenleving.
Het pleidooi
Bekijk of lees ‘Het pleidooi’ van Jean Paul Van Bendegem: “Onthaasting, nu – of toch binnenkort.”